indekerk

Deuteronomium 3 – Goedertierenheid en trouw ontmoeten elkander

 Deuteronomium 3, Psalm 85, Jesaja 31, Openbaring 1

Het is een prachtig koppel: ‘Goedertierenheid en trouw ontmoeten elkander’. Dan nog een ander paar: ‘gerechtigheid en vrede kussen elkaar’ (Ps. 85:11). Oudere lezers zullen zich de eerste van de twee zinnen herinneren uit de oude Statenvertaling: ‘goedertierenheid en waarheid’ zullen elkander ontmoeten.

Net zoals in het Nederlands het verschil tussen trouw en waarheid, bestaat er in het Engels er een behoorlijk groot verschil tussen het oudere ‘mercy and truth’ en wat de NIV nu weergeeft: ‘love and faithfulness’. Maar het onderliggende Hebreeuws, een vaak voorkomend koppel (zoals ook in 86:15 of in Ex. 34:6 – zie ook de overdenking van 23 maart), kan op elk van beide manieren worden vertaald. 

Het eerste woord verwijst gewoonlijk naar Gods verbondsliefde, zijn barmhartigheid in het verbond – zijn pure goedheid of genade in het verbond, uitgegoten over zijn volk dat dit niet verdient. Het tweede woord verschilt in zijn Nederlandse vertaling ook, afhankelijk van naar wat het verwijst.

Wanneer de koningin van Sheba verhaalt dat alles wat ze over Salomo gehoord had ‘waar’ is (letterlijk: ‘de waarheid’, 1Kon.10) – dit wil zeggen dat de voorafgaandelijke verslagen overeenstemden met de realiteit – dan gebruikt ze het woord dat hier vertaald wordt als ‘trouw’. Een ‘waar’ verslag is een ‘trouw’ verslag; wanneer de waarheid belichaamd wordt, dan vindt het een uiting in trouw.

Zoals deze psalm aantoont, worden de beide categorieën suggestief gebruikt. Wanneer je het eerste koppel leest, ‘Goedertierenheid en trouw ontmoeten elkander’, dan is de natuurlijke leeswijze dat we ze zien als beschrijvingen van God: God is de God van verbondstrouw of -liefde en van volkomen betrouwbaarheid waar je op kunt rekenen. 

Het tweede koppel kan op dezelfde manier gezien worden: God is zowel onvoorwaardelijk in zijn gerechtigheid, als de bron van alle welzijn. In Hem kussen gerechtigheid en vrede elkaar.

Maar in het volgende vers worden het tweede woord uit het eerste koppel en het eerste woord van het tweede koppel opnieuw opgepikt en samengevoegd om een nieuwe gedachte in te leiden: ‘trouw spruit voort uit de aarde, en gerechtigheid ziet neder van de hemel’ (85:12).

In de context van de volledige psalm wordt de trouw van het volk blijkbaar gelinkt aan de gerechtigheid van de Heer: de eerste spruit voort uit de aarde, terwijl de tweede neerziet vanuit de hemel. Het is niet absoluut noodzakelijk om de dingen zo te bekijken, maar de psalmist erkent de verbanden impliciet al eerder in zijn gedicht: ‘Gij hebt de ongerechtigheid van uw volk vergeven … Herstel ons, o God van ons heil … schenk ons uw heil … Hij zal van vrede spreken tot zijn volk … maar laten zij niet terugkeren tot dwaasheid’ (85:3-9, cursief toegevoegd).

Hoezeer we deze koppels ook op een lijn stellen, toch is het van vitaal belang om te bedenken dat liefde en trouw beiden toebehoren aan God, dat gerechtigheid en vrede samenkomen of kussen in Hem. Om die reden kan God zowel rechtvaardig zijn, als Degene die de goddeloze rechtvaardigt door genadig zijn Zoon te geven (Rom. 3:25-26). Is het dan verrassend te ontdekken dat onder zijn beelddragers liefde en trouw en gerechtigheid en vrede dan hand in hand gaan, en ook ofwel samen staan of samen ten val komen?

 [hr_shadow]

Taken from ‘For the Love of God’ by (D.A. Carson), © 1998. Overgenomen met toestemming van Crossway, a publishing ministry of Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org.

Alle rechten op de Nederlandse vertaling behoren toe aan Jan Leplae (http://god-en-gebed.blogspot.com). Niets uit deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de vertaler.

Share:

Facebook
Twitter
Pinterest
LinkedIn