indekerk

Understanding Gender Dysphoria

41765blgkIL._SY344_BO1204203200_door Tom De Craene – Ik houd van boeken die hun titel waarmaken en dit boek van Yarhouse doet exact dat. In zijn eerste hoofdstukken legt hij – vanuit zijn ervaring als klinisch psycholoog en professor in de psychologie – uit hoe we genderdysphorie kunnen begrijpen. Met heel veel respect en inzicht legt hij termen als geslacht, gender, transgender, genderidentiteit en genderrol uit en duidt hij hoe deze woorden gebruikt worden in de biologie, in de psychologie, maar ook hoe ze veelal begrepen worden door de ‘leek’. Genderdysphorie definieert hij als de ervaring van ongemak die gepaard gaat met het gevoel dat je genderidentiteit niet overeenkomt met je biologische geslacht. Op het einde van het eerste hoofdstuk overviel me een gevoel van zwaarmoedigheid omwille van de complexiteit van dit thema. Dit erkent Yarhouse ook en hij roept dan ook (de kerk) op om geduldig en nederig met dit thema aan de slag te gaan. Hierbij zullen eenvoudige antwoorden en stereotypen niet altijd van toepassing zijn, laat staan behulpzaam.

Hij geeft in de daaropvolgende hoofdstukken de handvatten om over dit onderwerp tot een doordacht en pastoraal gevoelig denken, spreken en handelen te komen. Ten eerste helpt hij ons om hier theologisch mee aan de slag te gaan. Hij duidt enkele vaak aangehaalde teksten (o.a. I Kor. 6:9-10, Deut. 23:1, Matt. 19:12), maar zegt erbij dat het aanhalen van een enkele tekst niet zijn voorkeur wegdraagt. Yarhouse vindt het raadzamer om over seksualiteit en gender na te denken in de context van Gods heilsplan met heel de schepping ofwel binnen het kader van de vier grote bedrijven in het Bijbelse drama, nl. schepping, val, verlossing en voltooiing. Wat leren deze momenten in de heilsgeschiedenis ons hoe God kijkt naar zaken als identiteit, seksualiteit en gemeenschap en hoe is Hij hiermee aan de slag? Naast dit Bijbelse kader, noemt hij ook drie ‘lenzen’ waardoor mensen veelal naar dit thema kijken. Deze zijn zeker de moeite waard om even de aandacht op te vestigen. Ten eerste is er de lens van het ‘integrity framework’. Door deze lens kijkt men naar genderidentiteitsconflicten als problematisch omdat ze de integriteit van de geschapen orde, nl. mannelijk en vrouwelijk, zouden bedreigen. De tweede lens is die van het ‘disability framework’. Hier kijk je naar het onderwerp met de mentale (gezondheids)aspecten van genderdysphorie in het achterhoofd. Voor christenen met deze bril op is genderdysporie een gevolg van de val. Deze manier van kijken haalt het weg bij vragen rond moraliteit en opent een weg voor medeleven en begrip. De derde lens is die van het ‘diversity framework’ waarbij het transgender zijn, gezien wordt als iets wat gevierd en gewaardeerd moet worden. Geen rekening houden met deze lenzen zal – volgens Yarhouse – enkel maar karikaturaal denken in de hand werken. Christenen doen er goed aan om de heiligheid van het eerste denkkader te waarderen, maar als ze zich enkel hier op focussen missen ze het medeleven, het begrip en identiteits- en gemeenschapsbepalende elementen van de andere lenzen.

De 3 hoofdstukken in het midden gaan (verder) in op vragen als: ‘Waar komt genderdysphorie vandaan?’, ‘Hoe vaak komt het voor?’ en ‘Wat zijn mogelijke behandelingen of manieren om er mee om te gaan?’. Yarhouse put hier uit zijn eigen ervaring en uit veel wetenschappelijk onderzoek. Dit is een goed onderbouwd en boeiend gedeelte, maar eerder droog voor de lezer die een praktisch boek verwacht of op zoek is naar pastorale antwoorden.

Misschien rijst de vraag waarom er een boek geschreven moet worden over een ervaring die – volgens de schattingen van de DSM-5 (diagnostisch en statistisch handboek voor psychische stoornissen) – bij slechts 0.005-0.014 % van de mannen en bij 0.002-0.005 van de vrouwen voorkomt of waarom we zo’n boek zouden moeten lezen?

Ten eerste omdat zaken als identiteit, gender, seksualiteit en gemeenschap ons als christenen nauw aan hart liggen. De aanleiding voor dit boek is misschien de zeer specifieke vraag rond genderdysphorie, maar in het bespreken hiervan, neemt Yarhouse al die andere aspecten op een zeer doordachte manier ook mee.

Ten tweede omdat het ons als christenen, als kerk een spiegel kan voorhouden. Door welke lens kijken we naar dit soort onderwerpen? Wat is het script, het verhaal dat we jongeren, kerkleden aanbieden die zich een weg trachten te banen (navigating in a changing culture)? Is het een verhaal van karikaturen, rigide stereotypen, schaamte en last of zitten er in ons verhaal ook elementen die mensen helpen gemeenschap te vormen, identiteit te vinden en persoonlijke groei naar God waar te maken. Het boek helpt ons na te denken over welk klimaat we hebben in onze kerken met betrekking tot gender. Zo kijkt het bijvoorbeeld met een kritische bril naar ‘men’s ministries’ en ‘women’s ministries’ die onder het mom van ‘Bijbelse mannelijkheid en vrouwelijkheid’ veelal een culturele definitie hiervan promoten die het voor mensen die zich niet thuis weten in deze scherpe binaire opsplitsing moeilijk maakt.

Tot slot haalt het boek in het laatste hoofdstuk enkele zaken aan waardoor het lezen heel relevant wordt voor kampleiders, decanen, directeurs, voorgangers, oudsten en andere verantwoordelijken. Want hoe ziet een verwelkomende kerk eruit wanneer een persoon met genderdysphorie of een transgender persoon vraagt om taken in de kerk te mogen opnemen? Of wat gedaan met de kamerindeling of de sanitaire voorzieningen op kampen, in kerkgebouwen, in onderwijsinstellingen? De schrijver haalt enkele rechtszaken aan in de Verenigde Staten waar men – sneller dan hier – aanklaagt, maar ook het juridische aspect is misschien iets waar de kerk(leiders) in Vlaanderen eerder proactief mee aan de slag kunnen gaan, dan te wachten tot de eerste zaak zich voordoet.

Kortom, Mark Yarhouse doet wat hij belooft. Definities, denkkaders, handvatten worden aangereikt op een doorleefde en doordachte manier, zodat ieder die geconfronteerd wordt met genderdysphorie beter geïnformeerd een weg kan zoeken met God en met anderen in dit complexe onderwerp.

 

Mark A. Yarhouse, Understanding Gender Dysphoria. Navigating Transgender Issues in a Changing Culture, (IVP Academic, 2015, 191 blz.)

Share:

Facebook
Twitter
Pinterest
LinkedIn