Leviticus 18 – ‘Verontreinigt u niet door dit alles’
Leviticus 18, Psalm 22, Prediker 1, 1 Timotheüs 3 Het begin van de zogenaamde ‘heiligheidswetten’ (Lev. 18) is uiterst interessant. We moeten op minstens vier dingen letten: Alleen maar omdat dit de eerste keer is dat sommige verboden vermeld worden in de Bijbel betekent daarom nog niet noodzakelijk dat het ook de eerste keer is […]
Leviticus 17 – Geen offers te velde en geen bloed eten
Leviticus 17, Psalm 20-21; Spreuken 31; 1 Timotheüs 2 Twee bepalingen uit Leviticus 17 beperkten de oude Israëliet die trouw wilde blijven aan het verbond. De eerste (17:1-9) beperkte offerandes tot wat het Mozaïsch verbond gebood en verbood. Blijkbaar brachten sommige Israëlieten offerandes in de open velden, waar ze zich ook maar bevonden (17:5). Ongetwijfeld […]
Leviticus 16 – God openbaart zich
Leviticus 16, Psalm 19, Spreuken 30, 1 Timotheüs 1 God is zo wonderlijk genereus in het bekendmaken van Zichzelf. Hij heeft zich niet op een terughoudende manier geopenbaard aan dit opstandige volk, maar in de natuur, door zijn Geest, in zijn Woord, in grote gebeurtenissen in de verlossingsgeschiedenis, in de instellingen die Hij gelastte om […]
Leviticus 15 – ‘De HERE leeft. Geprezen zij mijn Rots’
Leviticus 15, Psalm 18, Spreuken 29, 2 Thessalonicenzen 3 David schreef Psalm 18 nadat de Heer hem uit de hand van Saul en al zijn vijanden had verlost. Het is een blijde, dankbare psalm. Enkele van de thema’s die we al vonden in Psalm 16 en 17 worden hier herhaald. Maar bij de nieuwe elementen […]
Leviticus 14 – ‘Heere, luister naar mijn rechtvaardige zaak’
Leviticus 14, Psalm 17, Spreuken 28; 2 Thessalonicenzen 2 Psalm 17 is een gebed om rechtvaardiging. David weet anders wel goed dat hij niet altijd rechtvaardig is (zie Ps. 51!). Maar in bijzondere omstandigheden kan de gelovige man of vrouw wel zeker zijn dat hij of zij heeft gehandeld met zuivere integriteit, met transparante gerechtigheid. […]
Leviticus 13 – ‘Ik heb geen goed buiten U’
Leviticus 13, Psalmen 15-16, Spreuken 27, 2 Thessalonicenzen 1 Let op het patroon van hoofdletters: ‘Ik heb tot de HERE gezegd: Gij zijt mijn Here, ik heb geen goed buiten U’ (Ps. 16:2). Met andere woorden, wanneer David Jahweh (‘HERE’) aanspreekt, belijdt hij Hem als ‘Here’, zijn Meester; dan voegt hij eraan toe: ‘ik heb […]
Leviticus 11-12 – ‘Weest heilig, want Ik ben heilig’
Leviticus 11-12, Psalm 13-14, Spreuken 26, 1 Thessalonicenzen 5 In deze overdenking wil ik twee gedeeltes samenbundelen: ‘Want Ik ben de HERE, uw God; heiligt u en weest heilig, want Ik ben heilig; verontreinigt uzelf niet door allerlei wemelend gedierte dat op de grond krioelt. Want Ik ben de HERE, die u uit het land […]
Leviticus 10 – ‘Toen ging er vuur uit van de HERE’
Leviticus 10, Psalmen 11-12; Spreuken 25; 1 Thessalonicenzen 4 In Leviticus 8 worden Aäron en zijn zonen via een door God voorgeschreven ritueel tot priesters gewijd. In Leviticus 9 beginnen ze hun dienst. Hier, in Leviticus 10, nog altijd binnen de zeven dagen van hun wijdingsrituelen, stoppen twee zonen van Aäron, nl. Nadab en Abihu, […]
Leviticus 8 – We hebben een nieuwe toren van Babel
Leviticus 8, Psalm 9, Spreuken 23, 1 Thessalonicenzen 2 Bij aanvang van het Amerikaanse experiment in democratie, namen de grondleggers (de zgn. Founding Fathers) diverse standpunten in, die vandaag nog door weinigen aangenomen worden, maar wel veel verschuldigd waren aan het Judeo-christelijke erfgoed. Waarmee we niet willen beweren dat alle Founding Fathers ook christen waren. […]
Leviticus 7 – Het recht zal zegevieren – want God is rechtvaardig
Leviticus 7, Psalm 7-8, Spreuken 22, 1 Thessalonicenzen 1 Psalm 7 is de tweede van veertien Psalmen die in de title gelinkt zijn aan een bepaalde historische gebeurtenis (de eerste is Ps. 3). We kunnen de details niet kennen, maar David voelde zich duidelijk vreselijk verraden toen hij valselijk beschuldigd werd door iemand uit zijn […]