door Maarten Hertoghs – Hoe dwaas zou het zijn om te denken dat bijvoorbeeld de planeet Jupiter in het centrum van ons zonnestelsel zou staan. Zeker met onze huidige kennis van zon en planeten is zoiets te gek voor woorden. Als het over geld, seks en macht gaat, dan handelt de mens wel alsof Jupiter in het centrum van ons zonnestelsel staat.
Basis
John Piper vertrekt vanuit Romeinen 1:18-25 en baseert daar zijn definitie van zonde op: zonde is elk gevoel, elke handeling of elke gedachte afkomstig uit een hart dat God niet op de eerste plaats zet boven alle andere dingen (p.23). Eigenlijk zijn er, zo betoogt hij, maar twee condities van het hart van een mens mogelijk: ofwel een hart dat God hoogacht boven alles ofwel een hart dat iets anders hoogacht (p.25).
Seks, geld, macht
Een groot deel van het boek gebruikt de schrijver om in te gaan op seks, geld en macht en hoe verwoestend deze zaken kunnen zijn. Piper vergelijkt de intensiteit en macht van seksuele zonden met de klok op zijn nachtkastje. De cijfers worden geprojecteerd op het plafond. Wanneer de zon opkomt, verdwijnen die rode cijfers volledig. In het licht van Gods majesteit verdwijnt de aantrekkingskracht van seksuele zonden. Dit beeld heeft me wel getroffen en gaat, volgens mij, op voor veel zaken (niet enkel seksuele) die aantrekkingskracht op ons uitoefenen. We worden soms zo afgeleid door de cijfers van onze wekker dat we vergeten de rolluiken op te trekken om het echte licht binnen te laten. In het stuk over geld legt Piper de koppeling tussen het eerste en het tiende gebod. Dit gedeelte is erg relevant voor ons, westerse christenen. Piper ontmaskert de gedachte dat geld ons uiteindelijk zal helpen. En hij toont dat het kopen van dingen ons een levendmakend of zelfbewust gevoel geeft, waardoor het een leegte in ons leven opvult. Macht is iets waar iedereen mee te maken heeft. Je hoeft er geen minister voor te zijn. Piper laat zien hoe we onszelf kunnen verheffen ten koste van de majesteit van God. De rode draad is dat we telkens geneigd zijn om de plaats waar God recht op heeft, te geven aan geld, seks of macht.
Het moet duidelijk zijn dat Piper geld, seks en macht niet als negatieve zaken voorstelt. Op zich zijn ze goed en zouden ze gebruikt moeten worden om naar Gods majesteit te wijzen. Het probleem zit hierin dat de mens geld, seks en macht vooral gebruikt voor zichzelf. Het is alsof we die zaken (te vergelijken met planeten) maken tot het centrum van ons zonnestelsel. Dat moet anders… de zon staat immers in het centrum. Toch betekent het niet dat geld, seks en macht uit het zonnestelsel moeten verdreven worden, alsof het vreemde dingen zijn die er niet thuishoren. Ze moeten vooral hun juiste plaats krijgen. Daar ligt een grote uitdaging voor ons!
De praktijk
Als ik iets mis in het boek, dan is het wel de opstap naar de praktijk. Is het dan een theoretisch boek? Nee, dit boek wordt op de achterflap aangeprezen als concreet en praktisch en in zekere zin klopt dat absoluut. Piper werkt heel terecht uit dat geld, seks en macht op zich niet verkeerd zijn, hoewel ze veelal verkeerd en verwrongen gebruikt worden. Evenzo terecht stuurt hij aan op bevrijding. Dat werkt hij ook praktisch uit door na te gaan hoe geld, seks en macht kunnen wijzen op Gods majesteit. Hij haalt Bijbelverzen aan die dit onderbouwen. Hij toont dat er werk aan de winkel is. Hij duidt erop dat we het woord moeten indrinken en de vriendelijkheid van de Heer in het woord mogen ondervinden en dat God onze ogen dan opent voor Zijn majesteit (p.97). Ik beaam dat ons verlangen om te veranderen en stappen die we daarin nemen erg belangrijk zijn, maar mis in zijn betoog het werk van de Heilige Geest. Piper spreekt over een fundamentele, innerlijke omkeer in ons denken, in ons gedrag en die kan enkel door het allesvernieuwende werk van de Geest gebeuren… Het is de Heilige Geest die mijn ogen opent voor Gods majesteit.
Conclusie
Het boekje daagt echt wel uit om jezelf te onderzoeken: Krijgen geld, seks en macht in mijn leven de plaats die eigenlijk toebehoort aan God? Ik ben ervan overtuigd dat deze vraag bijzonder belangrijk is voor christenen in een maakbare samenleving.
John Piper, Geld, seks en macht, (Kok, 2017, 128 blz.)