door Filip De Cavel – Heel wat dominees of pastors schrijven boeken, maar vaak incidenteel. Jos Douma is alvast één uitzondering op de regel (hoor ik iemand Wilkin van de Kamp roepen?). Bedieningen in en rondom de kerk leveren dan ook een constante stroom van ervaringen tot (zelf)reflectie op.
‘Verlangen naar het Goede Leven’ is net daarom ook een schoolvoorbeeld van een theoloog/predikant die als geen ander het belang van de pastorale cirkel verstaat: een methodiek binnen de praktische theologie waarbij de pastor nadenkt over zichzelf in het licht van zijn bediening. In gesprek met zijn concrete situatie – in dit geval de Plantagekerk te Zwolle – zoekt hij naar creatieve wegen om zijn onderwijzende en pastorale handelingen te doen aansluiten bij de noden van de geloofsgemeenschap. En dit zonder zichzelf oneer aan te doen.
Met ‘Verlangen naar het Goede Leven’ kijken we als het ware binnen in de denk-, studeer-, en gebedskamer van iemand die voor zichzelf besloten heeft dat kerk-zijn te maken heeft met thema’s als gemeenteopbouw, missionair gemeente-zijn, discipelschap, karaktervorming, geloven, leven, Jezus en spiritualiteit. De bibliografie aan het slot werd vervangen door ‘inspiratiebronnen’. Ze inspireren en prikkelen hem tot voortdurende reflectie. Douma’s boekenplank leest als een potpourri van evangelicale literatuur waarvan je had gehoopt dat een of andere Nederlandse uitgever ze reeds zou vertaald hebben (Dorothy Bass, Alan Hirsch, James Smith) én boeken die vertaald werden maar amper hun weg vinden naar de niet-theologische context. Douma integreert op die manier relevant gedachtegoed voor zichzelf en populariseert hij het voor ons. Hij bewijst ons daarmee een grote dienst: Douma vertaalt tweemaal. Voor zichzelf als predikant, voor ons als lezer. De vertaling voor zichzelf levert alvast geen visiedocument, maar een inspiratiedocument op die de lezer terugvindt aan het eind van het boek. Misschien kan er een vervolg komen, zoals het werken met de pastorale cirkel betaamt? Tot welke daden werd de Plantagekerk geïnspireerd over pakweg 1 tot 5 jaar? Welke reflecties zullen daar op volgen?
Ik stond verbaasd over de eenvoud waarmee Douma alles onder woorden brengt. In het voorwoord is sprake van een toegankelijk boek. Hij houdt belofte. Douma vermijdt jargon en indien nodig duidt hij de theologische begrippen.
‘Verlangen naar het Goede Leven’ is net daarom ook een schoolvoorbeeld van een theoloog/predikant die als geen ander het belang van de pastorale cirkel verstaat: een methodiek binnen de praktische theologie waarbij de pastor nadenkt over zichzelf in het licht van zijn bediening. In gesprek met zijn concrete situatie – in dit geval de Plantagekerk te Zwolle – zoekt hij naar creatieve wegen om zijn onderwijzende en pastorale handelingen te doen aansluiten bij de noden van de geloofsgemeenschap. En dit zonder zichzelf oneer aan te doen.
Met ‘Verlangen naar het Goede Leven’ kijken we als het ware binnen in de denk-, studeer-, en gebedskamer van iemand die voor zichzelf besloten heeft dat kerk-zijn te maken heeft met thema’s als gemeenteopbouw, missionair gemeente-zijn, discipelschap, karaktervorming, geloven, leven, Jezus en spiritualiteit. De bibliografie aan het slot werd vervangen door ‘inspiratiebronnen’. Ze inspireren en prikkelen hem tot voortdurende reflectie. Douma’s boekenplank leest als een potpourri van evangelicale literatuur waarvan je had gehoopt dat een of andere Nederlandse uitgever ze reeds zou vertaald hebben (Dorothy Bass, Alan Hirsch, James Smith) én boeken die vertaald werden maar amper hun weg vinden naar de niet-theologische context. Douma integreert op die manier relevant gedachtegoed voor zichzelf en populariseert hij het voor ons. Hij bewijst ons daarmee een grote dienst: Douma vertaalt tweemaal. Voor zichzelf als predikant, voor ons als lezer. De vertaling voor zichzelf levert alvast geen visiedocument, maar een inspiratiedocument op die de lezer terugvindt aan het eind van het boek. Misschien kan er een vervolg komen, zoals het werken met de pastorale cirkel betaamt? Tot welke daden werd de Plantagekerk geïnspireerd over pakweg 1 tot 5 jaar? Welke reflecties zullen daar op volgen?
Ik stond verbaasd over de eenvoud waarmee Douma alles onder woorden brengt. In het voorwoord is sprake van een toegankelijk boek. Hij houdt belofte. Douma vermijdt jargon en indien nodig duidt hij de theologische begrippen.
De structuur, en dus het kader voor de inhoud, is bijzonder eenvoudig én inspirerend tegelijk: ‘Verlangen naar het Goede Leven’ vertrekt vanuit en is gericht op ‘samen lezen’, ‘samen delen’ en ‘samen eten’. Deel één van het boek gaat dieper in op het waarom van het samen, deel twee over het hoe. De kracht van dit boekje ligt in de aandacht die Douma vraagt voor de waarom-vraag. Daarmee breekt hij een lans voor de formerende impact van de werkwoorden lezen, delen, eten. Vorming via de geloofsgemeenschap in haar liturgische en niet-liturgische context; ja, eerder dan de focus op visie die ontstaat in het hoofd en de zoveelste vergadering. De kerk en de diverse generaties die ze samenbrengt is te complex, te veranderlijk om zomaar op vaste koers te houden. Christus ontmoeten en vanuit Hem leven, is de essentie voor Douma. Dat verlangen blijven voeden (letterlijk en figuurlijk) openbaart zich in het samen gevoed worden door Zijn Woord, de Tafel en het leven gericht op de ander. Hoe zou ik dit niet kunnen warm aanbevelen?
Jos Douma, Verlangen naar het Goede Leven: Samen lezen, samen delen, samen eten (Boekencentrum, Zoetermeer, 2016, 182 blz.)