indekerk

Numeri 27 – Verwerp mij niet in de ouderdom

 Numeri 27, Psalmen 70-71, Jesaja  17-18, 1 Petrus 5

De meeste christenen hebben geluisterd naar getuigenissen die ons vertellen hoe een man of vrouw een leven van vruchteloosheid en openlijke ontaarding leidde, of op zijn minst van stille wanhoop, voor hij of zij christen werd. Oprecht geloof in de Heer Christus bracht een persoonlijke revolutie teweeg: oude gewoonten gingen aan diggelen, nieuwe vrienden en engagementen kwamen, een nieuwe richting die betekenis en zin gaf. Waar er wanhoop was, is er nu vreugde; waar er onrust heerste, is er nu vrede; waar er angst was, is er nu een bepaalde mate van sereniteit. En sommigen onder ons die opgevoed werden in christelijke gezinnen hebben zich stiekem afgevraagd of het misschien niet beter ware geweest indien we tot bekering waren gekomen uit de een of andere rotte achtergrond.

Dit is niet de visie van de psalmist. ‘Want Gij zijt mijn verwachting, Here HERE, mijn vertrouwen van mijn jeugd aan; op U heb ik gesteund van de moederschoot aan’ (Ps. 71:5-6). ‘O God, Gij hebt mij onderwezen van mijn jeugd aan, tot nu toe verkondig ik uw wonderen’ (71:17). Ja, omwille van deze achtergrond, overschouwt de psalmist rustig de tussenliggende jaren en verzoekt hij God om genade die blijft tot op oudere leeftijd: ‘Verwerp mij niet ten tijde des ouderdoms, begeef mij niet, nu mijn kracht vergaat’ (71:9). ‘Maar ik zal bestendig hopen en al uw lof vermeerderen’ (71:14). ‘wil mij dan ook tot mijn ouderdom en grijsheid, o God, niet verlaten, totdat ik aan dit geslacht uw arm verkondig, aan ieder die komt, uw sterkte’ (71:18).

Ongetwijfeld gebruikte God specifieke omstandigheden om deze woorden uit de pen van de psalmist te laten voortspruiten. Niettemin is de houding op zich onschatbaar.

De meest bedachtzamen van wie zich op latere leeftijd bekeerden wensten dat ze niet zoveel van hun vroege jaren verspild hadden. Nu ze de parel van grote waarde vonden, hebben ze slechts hierover spijt dat ze hem niet vroeger vonden.

Nog belangrijker, zij die opgroeiden in godvrezende christelijke gezinnen zijn vanaf hun jeugd gedrenkt in de Schrift. Er is een overvloed uit de schrift en de persoonlijke ervaring die hen de verdorvenheid van hun eigen harten toont; ze hoeven geen sociopaten te zijn om te ontdekken wat verdorvenheid betekent. Ze zullen voldoende beschaamd zijn over de zonden die ze begingen, ondanks hun achtergrond, dat ze in plaats van te wensen dat ze een nog slechtere achtergrond hadden (!), ze soms beschaamd het hoofd buigen dat ze zo weinig aangevangen hebben met hun voorrechten, en ze erkennen openlijk dat er buiten Gods genade om, geen misdaad of zonde bestaat waarin ze niet konden zinken.

Het is verreweg het beste, om dankbaar te zijn voor een goddelijke erfenis en God zelf om genade te verzoeken die je ook op oudere leeftijd blijft bewaren.

[hr_shadow]

Taken from ‘For the Love of God’ by (D.A. Carson), © 1998. Overgenomen met toestemming van Crossway, a publishing ministry of Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org.

Alle rechten op de Nederlandse vertaling behoren toe aan Jan Leplae (http://god-en-gebed.blogspot.com). Niets uit deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de vertaler.

Share:

Facebook
Twitter
Pinterest
LinkedIn