Jozua 14-15, Psalmen 146-147, Jeremia 7, Mattheüs 21
Psalm 146 gaf inspiratie voor liederen in vele talen. Isaac Watts (1674-1748) schreef een lied dat grotendeels door deze Psalm geïnspireerd was. Dit lied is wijdverbreid in het Verenigd Koninkrijk; jammer genoeg is het bijna onbekend in Noord-Amerika. Dus is het de moeite waard om het hier vandaag als overdenking op te nemen:
Oorspronkelijke tekst in het Engels:
I’ll praise my Maker while I’ve breath;
And when my voice is lost in death,
Praise shall employ my nobler powers.
My days of praise shall ne’er be past,
While life, and thought, and being last,
Or immortality endures.
Happy the man whose hopes rely
On Israel’s God! He made the sky,
And earth, and sea, with all their train.
His truth forever stands secure;
He saves the oppressed, he feeds the poor,
And none shall find his promise vain.
The Lord gives eyesight to the blind;
The Lord supports the fainting mind;
He sends the labouring conscience peace;
He helps the stranger in distress,
The widow and the fatherless,
And grants the prisoner sweet release.
I’ll praise him while he lends me breath;
And when my voice is lost in death,
Praise shall employ my nobler powers;
My days of praise shall ne’er be past,
While life, and thought, and being last,
Or immortality endures.
Vrije vertaling in het Nederlands:
Ik prijs mijn Schepper zolang ik adem heb
En wanneer mijn stem verloren gaat in de dood,
Zal ik mijn krachten nobeler gebruiken voor lofprijzing
Mijn dagen van lofzang zullen nooit meer ophouden,
Terwijl het leven en het denken en het wezen blijven,
Blijft onsterfelijkheid voortduren.
Gezegend de man wiens hoop is gevestigd
Op Israëls God! Hij maakte de hemel,
De aarde en de zee, met al hun heir.
Zijn waarheid houdt voor eeuwig veilig stand;
Hij redt de verdrukte, voedt de arme,
En niemand zal vruchteloos vertrouwen op zijn belofte.
De Here geeft de blinden zicht;
De Here ondersteunt het hart dat verzucht;
Hij schenkt zijn vrede aan het bezwaarde geweten
Hij helpt de vreemdeling in nood,
De weduwe en de wees
En laat de gevangene in zoete vrijheid gaan.
Ik prijs mijn Schepper zolang ik adem heb
En wanneer mijn stem verloren gaat in de dood,
Zal ik mijn krachten nobeler gebruiken voor lofprijzing
Mijn dagen van lofzang zullen nooit meer ophouden,
Terwijl het leven en het denken en het wezen blijven,
Blijft onsterfelijkheid voortduren.
[hr_shadow]
Taken from ‘For the Love of God’ by (D.A. Carson), © 1998. Overgenomen met toestemming van Crossway, a publishing ministry of Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org.
Alle rechten op de Nederlandse vertaling behoren toe aan Jan Leplae (http://god-en-gebed.blogspot.com). Niets uit deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de vertaler.