Genesis 14, Mattheüs 13, Nehemia 3, Handelingen 13
Mocht je het boek Genesis lezen zonder vooraf de inhoud van enig ander Bijbelboek te kennen, dan zie je in die paar verzen over Melchizedek (Gen. 14:18-20) bijna zeker een van de meest raadselachtige gedeeltes. Want hoe zwaar weegt uiteindelijk zijn bijdrage aan de verhaallijn van het boek?
Melchizedeks aanwezigheid wordt voorafgegaan door de beslissing (weergegeven in Gen. 13) van Abram en Lot om zich van elkaar af te scheiden om een einde te maken aan het geruzie dat was uitgebroken tussen hun herders. Lot kiest voor de vlakten van Sodom en Gomorra. Dit betekent dat hij en zijn familie en rijkdom worden meegenomen wanneer Kedorlaomer en de kleinere koningen zich verenigen in de aanval op de tweelingsteden en ervandoor gaan met aanzienlijke buit. Abram en zijn aanzienlijk aantal weerbare mannen gaan achter de aanvallers aan. De schermutseling eindigt met de vrijlating van Lot en zijn familie en het terugwinnen van mensen en goederen die eerder waren meegenomen. In de daaropvolgende verzen weigert Abram om ook maar enige beloning van de koning van Sodom aan te nemen, een stad die toen al bekendstond voor zijn boosheid. Maar hij aanvaardt dankbaar de zegen van de koning van Salem (dat mogelijk gelijk is aan Jeruzalem?) en betaalt hem op zijn beurt een vererende tiende.
Historisch gezien blijkt Melchizedek (zijn naam betekent ‘koning van gerechtigheid’) de koning van de stadsstaat van Salem (die naam betekent dan weer ‘vrede’ of ‘welzijn’). Hij is niet alleen Salems koning, maar functioneert ook als ‘priester van God de allerhoogste’ (14:18). En inderdaad: het is in de naam van de allerhoogste God dat hij Abram zegent. En Abram respecteert hem zodanig, schijnbaar hem kennend van eerdere ontmoetingen, dat hij hem op zijn beurt ook eer betuigt.
We moeten niet denken dat Abram de enige persoon op aarde was die kennis bezat over de levende God. Melchizedek was een andere, en Abram vindt in hem een geestesverwant. In een boek dat een exacte stamboom biedt van quasi iedereen die belangrijk is voor de verhaallijn, blijkt Melchizedek eenvoudigweg te verschijnen en weer te verdwijnen – ons wordt niet verteld wie zijn ouders zijn en ook niet wanneer en waar hij sterft. Hij en zijn stad vormen een afweer voor Sodom en zijn koning. Opnieuw zijn er twee steden: de stad van God en die van de mens (zoals Augustinus ze zou noemen).
Melchizedek wordt in slechts twee andere plaatsen in de Bijbel vernoemd. De eerste is Psalm 110 (zie de overdenking voor 17 juni). De andere is Hebreeën, waar de auteur erkent dat het invoegen van Melchizedek in het verhaal van Genesis geen toeval is, maar een gebeurtenis met bijzonder belangrijke symbolische waarde (in het bijzonder Hebr. 7). God bereidt de weg voor de ultieme priester-koning, niet alleen in woordelijke profetieën, maar ook in modellen (of types) die de categorie instellen of afbakenen en de verwachtingen aanscherpen bij het volk van God.
[hr_shadow]
Taken from ‘For the Love of God’ by (D.A. Carson), © 1998. Overgenomen met toestemming van Crossway, a publishing ministry of Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org.
Alle rechten op de Nederlandse vertaling behoren toe aan Jan Leplae (http://god-en-gebed.blogspot.com). Niets uit deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de vertaler.